Ik wilde eigenlijk vandaag geen blog schrijven, maar jongens wat hebben wij weer beleefd vandaag… Een dag in de woestijn, geen een is er hetzelfde, en dus toch de digitale pen maar weer gepakt.
Gewapend met een koelbox vol ijs, vlees en water konden we vandaag niet wachten om de vrachtwagen te laten spelen in het zand. Zo volledig gekleed als we gisteren waren, zo kort konden de mouwtjes en de broekspijpen vandaag. In de woestijn kan alles. Behalve je motor afzetten en er klakkeloos van uitgaan dat die het vanzelf weer doet, kwamen we achter.
De dag begon leuk. Rik vond het wel tijd worden dat Samantha de Ford 150 op z’n staart ging trappen in het zand. Je eigen auto de zandduin op sturen is toch stiekem wel iets anders dan de rental Pajero. En waarbij de Pajero een snelle gang noodzakelijk was om de heuvel op te komen, kan dat in de Ford verbazingwekkend rustig en beheerst. Wat een vermogen zeg in die motor, fantastisch! Achterin zat een vader stiekem wel een beetje trots te zijn op zijn ‘kleine meisje’. Tot we vastzaten. Op best een vlak stukje zand, maar wel in best mul zand. De mannen werden aan het werk gezet, terwijl de dames in de heerlijk gekoelde auto het gaspedaal in werking moesten zetten. Toen Sam de auto vervolgens omlaag moest werken met enig stuurwerk, werd besloten dat er genoeg geoefend was voor vandaag. Dat doen we een volgende keer wel weer. En zo mochten de mannen voorin zitten en het stuur overnemen.

Grote mannen kunnen snel klein worden bleek maar weer, figuurlijk dan. Als kleine jongetjes die spelen in ze zandbak wel te verstaan. Giecheltje hier, grote glimlach op het gezicht daar en hop, de hoge zandduin op! Oe wat is dat toch leuk, wat is dat toch geweldig! Leuk speelgoed hoor.
Zoals altijd reden we naar het zuiden om daar van een barbecue te gaan genieten. We zochten een mooi plekje uit, maar toen we eenmaal aan het water stonden en er dode vissen lagen, besloten we toch dat dat niet het beste plekje was. De auto maar weer in, even iets doorrijden dan maar. Was het plan. De motor wilde niet meer, de snelheidswijzers trilden raar en hoe vaker we de sleutel omdraaiden, hoe minder enthousiast de auto klonk. Accu kapot leek het. Hoe dan?! Geen rood waarschuwingslampje gehad, enkele elektrische dingen deden het alsnog maar die motor wilde niet meer. Hoe dan ook, zomaar wegrijden zat er niet meer in. We waren vlak bij een overheidsdienst in de buurt waar we dan ook naartoe liepen. Op zoek naar hulp.

Bij een wat verlaten ogende plek kwam toch ineens beweging. Het woordje ‘Help’ heeft gelukkig een internationale betekenis en na een korte uitleg werd een auto gestart, iets wat op startkabels leek meegenomen en konden we met een man mee terugrijden naar onze auto, die daar zielig met een open motorkap stond. De route naar onze auto betrof een steile zandduin die wij zelf nooit zomaar zouden durven te nemen. Je kunt altijd nog wat leren van de mensen die wonen in de woestijn. Hoe grappig! Eenmaal aangekomen had Moeders het zich inmiddels makkelijk gemaakt in een stoeltje in de schaduw, vaders had een tang gevonden in het zand en besloot dat die gelijk dienst kon doen en zo begon Operatie auto starten. Vastzitten door een kapotte accu, het is weer eens wat anders dan vastzitten in het zand. Dit keer hoefden we niet zoveel te graven.


Na enkele minuten klonk het feestgejoel van een brullende motor. De rest van de dag was de missie om deze niet meer uit te zetten. Daar ging onze barbecue want om nou met een draaiende motor je vleesje te braden is ook niet ideaal. Op naar de stad dan maar weer, op naar een garage voor een nieuwe accu. Hopelijk kunnen we met een nieuwe accu terug naar huis vandaag, zodat we morgen toch weer op pad kunnen. Een dagje noorden stond nog op de planning, en tot zover rijden de ubers niet. Die fietsvakantie van pap en mam blijkt toch zo zijn voordelen te hebben komen we achter. Zij blijven in elk geval lachen, want tja #dohalife.


Wat een avontuur!! Gelukkig konden jullie nog lachen,
LikeLike